Cargando…

De nominale constituent : structuur en geschiedenis /

De nominale constituent is een onderbelicht domein van de syntaxis, zeker in de historische taalkunde. Dat is niet terecht, want over de syntactische bouw ervan is men het lang niet eens, en de veranderingen die zich in de loop van de geschiedenis hebben voorgedaan, zijn talrijk. In dit boek wordt g...

Descripción completa

Detalles Bibliográficos
Clasificación:Libro Electrónico
Autor principal: Velde, Freek van de
Formato: Electrónico eBook
Idioma:Dutch
Publicado: Leuven : Universitaire Pers Leuven, 2009.
Temas:
Acceso en línea:Texto completo
Tabla de Contenidos:
  • De nominale constituentStructuur en geschiedenis; Inhoudsopgave; Woord vooraf; Inleiding; 1 ONDERZOEKSDOMEIN EN -HYPOTHESE; 2 OPBOUW; 3 ONDERZOEKSMATERIAAL; 4 METHODOLOGIE; DEEL ISynchronie; Hoofdstuk 1De constituent; 1.1 EEN SOBERE GRAMMATICA: VORM-BETEKENISCORRELATIES; 1.2 DEPENDENTIE; 1.3 BETEKENIS, SEMANTIEK EN INTERPRETATIE; 1.4 MIDDELEN OM DEPENDENTIE TE MARKEREN; 1.4.1 Dependentie uitgedrukt door morfologie; 1.4.2 Dependentie uitgedrukt door woordvolgorde; 1.4.3 Dependentie uitgedrukt door prosodie; 1.4.4 Dependentie uitgedrukt met andere middelen; 1.5 BESLUIT.
  • Hoofdstuk 2Voorbepalingen2.1 DRIE VOORBEPALINGEN; 2.2 NUMERALIA EN KWANTOREN; 2.3 ONDERVERDELING VAN DE ADJECTIEFZONE; 2.4 PRE- EN POSTDETERMINATOREN; 2.5 SUPERLATIEVEN EN GENITIEVEN; 2.6 BESLUIT; Hoofdstuk 3Nabepalingen; 3.1 DE NEDERLANDSE NC KENT GEEN NABEPALINGEN; 3.2 ARGUMENTEN; 3.2.1 Discontinue NC's; 3.2.1.1 Extractie en extrapositie: echte discontinuïteit?; 3.2.1.2 Appositie en predicatieve toevoeging: schijndiscontinuïteit; 3.2.2 Relatoren; 3.2.2.1 De syntactische functie van relatoren; 3.2.2.2 Nabepalingen met relator; 3.2.2.3 Nabepalingen zonder relator; 3.2.2.4 Samenvatting.
  • 3.2.3 Typologisch patroon3.3 BESLUIT; DEEL IIDiachronie; Hoofdstuk 4Regelmaat in taalverandering; 4.1 GRAMMATICALISATIE; 4.1.1 Definitie; 4.1.2 Discussie; 4.1.2.1 Verbleking of verrijking?; 4.1.2.2 Constructionele aanpak; 4.1.2.3 Discours; 4.1.2.4 Synchroon of diachroon?; 4.1.2.5 De eenrichtingshypothese; 4.1.2.6 Grammaticalisatietheorie; 4.1.3 Symptomen; 4.2 SUBJECTIFICATIE; 4.2.1 Definitie; 4.2.2 Discussie; 4.2.3 Symptomen; 4.3 EXTENSIE; 4.3.1 Definitie; 4.3.2 Beperkingen; 4.4 ONREGELMAAT IN TAALVERANDERING; 4.5 BESLUIT; Hoofdstuk 5 De uitbreiding van de NC als eenregelmatige verandering.
  • 5.1 DE UITBREIDING VAN DE NC5.2 DE UITBREIDING VAN DE NC ALS GRAMMATICALISATIE; 5.3 DE UITBREIDING VAN DE NC ALS SUBJECTIFICATIE; 5.4 DE UITBREIDING VAN DE NC ALS EXTENSIE; 5.5 DE UITBREIDING VAN DE NC IN TAALVERGELIJKEND PERSPECTIEF; 5.6 BESLUIT; Hoofdstuk 6 De ontwikkeling van een kavel vooradjectieven; 6.1 PROTO-INDO-EUROPEES; 6.1.1 Een naakte NC; 6.1.1.1 Geen adjectieven; 6.1.1.2 Geen vaste positie; 6.1.1.3 NC-markeerders; 6.1.1.4 Latere ontwikkelingen; 6.1.2 Besluit; 6.2 PROTOGERMAANS; 6.2.1 Adjectieven als nieuwe woordsoort; 6.2.2 Grammaticalisatie van de adjectiefkavel.
  • 6.2.2.1 Afnemende uiteenplaatsing6.2.2.2 Afnemende achteropplaatsing; 6.2.3 Besluit; 6.3 VAN WESTGERMAANS NAAR NEDERLANDS; 6.3.1 Consolidatie van de adjectiefkavel; 6.3.2 Extensie van de adjectiefkavel; 6.3.2.1 Deelwoorden en gerundiva; 6.3.2.2 Pronomina; 6.3.2.3 Telwoorden; 6.3.2.4 Andere gevallen; 6.3.2.5 Directionaliteit; 6.3.3 Besluit; Hoofdstuk 7 De ontwikkeling van een kavel voordeterminatoren; 7.1 PROTOGERMAANS; 7.1.1 Criteria voor determinatoren; 7.1.2 Geen determinatoren in het Protogermaans; 7.2 OUDNEDERLANDS; 7.2.1 Grammaticalisatie van de determinatorkavel.